Yvonne de Ridder

Yvonne de RidderYvonne de Ridder (1962), in Arnhem ook erg bekend als de voormalige eigenaresse van cafe Vrijdag, was van jongs af aan al gefascineerd door afwijkingen en de balans tussen mooi en lelijk. Dit overkoepelende thema begon zij al tijdens haar diverse creatieve opleidingen toe te passen (bijvoorbeeld in ondraagbare schoenen). Momenteel werkt zij aan levensgrote beelden in keramiek met hetzelfde thema.

Achtergrond

Yvonne werd geboren in Schiedam in 1962. Na vele omzwervingen in het binnen -en buitenland, belandde zij op haar zestiende in Arnhem. De stad waar ze nog altijd woonachtig is.

Vorming

Aanvankelijk volgde zij de vijfjarige docentenopleiding TEHATEX (tekenen, handvaardigheid en textiel) in Nijmegen die ze in 1986 afrondde.

Tussen 1986 en 1999, volgde ze vele cursussen, was een regelmatige gast in de Marienburg, volgde de Modevakschool en tot slot de Schoenenopleiding in Den Bosch.

Ze combineerde al vroeg haar interesse voor kunst en vormgeving met werk in de horeca. Dit resulteerde in de aankoop van cafe Vrijdag in 1999.

Thematiek

Yvonne is van jongs af aan al gefascineerd door afwijkingen. Ze zoekt naar de balans tussen mooi en lelijk: op zoek naar de controversen.

Atelierbezoek

meer over het atelierbezoek

Yvonne over haar eigen werk:

“Zelfs mijn schoenen zijn misschien orthopedisch ziek maar aantrekkelijk ambachtelijk. Het betekende wel dat ik mijn eigen leesten moest maken. Ze zijn herkenbaar als schoen maar niet draagbaar. Eigenlijk ontstaat mijn werk door een vraagstelling. Waarom spataderen verbergen? Een sjieke leren jurk met spataderen als onmiskenbaar onregelmatig detail, was het resultaat. Kunnen afwijkende schoenen ook een aantrekkingskracht hebben? Waarom is Jezus een man en geen vrouw? Kan ik een ongemak ook een andere lading geven? Mijn inspiratie kan, buiten mijn eigen vragen om, zelfs haar oorsprong vinden in een ruzie. Mijn huidige beelden zijn brokstukken vrouw, die vervolgens worden samengevoegd, alsof het een puzzelstuk betreft. En inderdaad, hieraan vooraf ging een ruzie. Voelde me platgeslagen en probeerde er een positieve wending aan te geven. Een lelijke daad hoeft niet altijd lelijk te eindigen. De balans tussen mooi en lelijk.”