Emo Verkerk

Emo VerkerkWanneer Emo Verkerk (Amsterdam, 1955) een biografie leest en de protagonist ontroert, verwondert of maakt indruk dan wijdt hij een schilderij aan die persoon. Zijn atelier staat dan ook vol met biografieën. Het begon ooit in 1977 met een aantal portretten van de schilder Francis Bacon. Verkerk las als filosofiestudent (1974-1976 (gesjeesd)) een bundel interviews met Bacon door de kunstcriticus David Sylvester en raakte geïnspireerd. De wijze waarop Bacon sprak over zijn kunst, trof Verkerk als filosofie in de praktijk. Een jaar later gooit hij het roer dan ook definitief om (“je bent schilder of je bent het niet”) en begint te schilderen bij Ateliers ’63 in Haarlem (1978-1980) onder Jan Dibbets. Zonder gesprek werd hij aangenomen op basis van een stoel en zes tekeningen. Wat hem aansprak in het kunstenaarschap was ook het aspect van zelfonderzoek. Het leek hem een weg naar het worden van een aardiger en wijzer mens. Na zijn portretten van Francis Bacon zullen er nog vele volgen: van George Simenon tot Julius Caesar en van Pablo Picasso tot Kamagurka. Behalve historische figuren, schildert Verkerk ook portretten van mensen uit zijn omgeving. Een enkele keer maakt hij zelfs een zelfportret. Naast portretten, schildert Verkerk ook landschappen en maakt hij beeldhouwwerken; behalve mensen beeldt hij hierin ook graag dieren af, met name vogels.

Verschillende musea in binnen- en buitenland hebben tentoonstellingen gemaakt rondom Verkerk, waaronder: het Stedelijk Museum Amsterdam, Gemeentemuseum Den Haag, het Fries Museum, het Bonnefanten Museum Maastricht, Museum Voorlinden, Centraal Museum Utrecht, Boijmans van Beuningen en de Marian Goodman Gallery in New York. Ook is zijn werk opgenomen in tal van institutionele verzamelingen zoals die van: ABN AMRO, KPN, Akzo Nobel en Ahold.

Lees meer over Emo Verkerk en zijn werk ->

Werk van Emo Verkerk bij Apunto

Ga naar de bovenkant